Baroque Consult

Training voor ruiter & paard op klassieke grondslag

Expertise op het gebied van
Klassieke Rijkunst & Barokke paardenrassen

Neapolitaner

De Neapolitaner (of Napolitaner) is een van de vele inmiddels uitgestorven barokke paardenrassen. Maar omdat dit zuid-Italiaanse ras in vroeger tijden grote invloed had op de ontwikkeling van ook nu nog bestaande barokke rassen als de Lipzzaner, de Kladruber en de inheemse paardenrassen als de "Murgese", is het de moeite waard om ook eens stil te staan bij dit verdwenen paardenras.

Het Neapolitaner paard ontstond vanaf de 16e eeuw in de zuidelijke helft van het Italiaanse schiereiland. Het stond nadrukkelijk in het type dat we tegenwoordig " barok" noemen. Dit kwam mede door de directe invloeden van Spaanse paarden op de zuid-Italiaanse paardenfokkerij. De koninkrijken Napels en Sicilië stonden in die tijd, net zoals Spanje en Oostenrijk (en de Nederlanden), onder Habsburgse heerschappij. Zoals er Spaanse paarden richting Wenen en Praag gingen (voorouders van de Lipizzaner en Kladruber), gingen er ook Spaanse paarden naar de hofstoeterijen in Napels en Sicilië.  (zie o.a.: J.C. Altamirano - HISTORY AND ORIGINS OF THE SPANISH HORSE, 4e druk).

Ook de herontdekking en verdere ontwikkeling van de "Klassieke Rijkunst" vanuit Italie (o.a. Grisone), vroeg om een hiervoor geschikt type paard. De Spaanse paarden, zoals die door het Spaans-Habsburgse hof werden gefokt, waren voor de "Klassieke Rijkunst" ideaal. Naast de Spaanse nafok op de hofstoeterijen van de Habsburgse heersers, werd ook de paardenfokkerij van de lokale Italiaanse adel (b.v. de hertogen van Savoye en Mantua, de Borghese-familie, de graven Conversano), sterk beinvloed door het Spaanse paard.

De Neapolitaner werd qua type steeds wel anders beschreven dan het Spaanse paard: iets groter en langgelijnder, met wat zwaarder beenwerk. Wel weer met statige, verheven gangen en een opgerichte hals. Qua karakter waren ze niet zo verfijnd als het Spaanse paard. In de verdere geschiedenis werd de Neapolitaner meer gebruikt voor de fokkerij van koetspaarden dan als rijpaard.

Vanaf het einde van de 16e eeuw was de Neapolitaner een begrip in Europa. Niet alleen gingen er rond 1600 weer Napolitaanse paarden vanuit Italie naar Spanje (veelal om ingezet te worden voor de fokkerij van koetspaarden), maar ook het Oostenrijkse Habsburgse hof begon naast Spaanse paarden meer en meer Napolitaners voor hun hofstoeterijen te gebruiken (zie o.a. Kugler/Bihl: Die Lipizzaner der Spanischen Hofreitschule-1e druk, 2002).

In de Lipizzanerfokkerij zien we dit terug in nog steeds bestaande de hengstenstammen "Conversano" en "Neapolitano", die beide terugvoeren op Neapolitaanse stamvaders uit de 18e eeuw. Bij de Kladruber voeren de hengstenlijnen "Generale" en "Sacramoso/Solo" op Napolitaanse stamvaders terug. Ook de uitgestorven hengstenlijn ' Napoleone' voerde terug op een Napolitaanse hengst.

Het Napolitaanse paard in zijn oude, "barokke" vorm verdween in de 19e eeuw van het toneel. De invloeden van het Arabisch en -later- Engels Volbloed kregen ook in Italie nog de overhand, onder invloed van mode en gebruik. Niettemin zijn er in bepaalde kleine Italiaanse paardenrassen nog invloeden uit oude tijden merkbaar. Zo zou het zuid-Italiaanse Murgese-paard een directe nazaat van de oude Neapolitaner zijn. Harde bewijzen (stamboeken) zijn hiervoor overigens niet, slechts verhalen uit overlevering.


Neapolitaner (1650) ~   Sacramoso XXVII Aja (Kladruber, 1907) ~ Murgese


Murgese - Neapolitaner of niet?
Je kunt bij het begrip "Neapolitaner" (en ook bij het Spaanse paard) eigenlijk spreken van een "ras" in enge en in ruime zin.

De Neapolitaner in ruime zin was het voorkomend paardentype in het zuiden van Italie (en dan metname in het Koninkrijk Napels- Sicilie) met bepaalde exterieurkenmerken en een donkere (zwarte of zwartbruine) kleur. Een regionale verschijning, gebaseerd op inlands aanwezig bloed en door de eeuwen heen beinvloed door allerlei factoren. Vergelijk dit met onze Fries: een inlands paardenras, door de eeuwen heen beinvloed door de mens. Of met het " Iberische paard", het inheemse paard van het Iberisch schiereiland in al zijn verschijningsvormen.

Omdat Noord Afrika dichtbij is, is de invloed van Oosterse (arabische of berberse) paarden op de paardenfokkerij in Zuid-Italie goed denkbaar. Concreet kun je dit niet bewijzen, behalve wanneer oude kronieken over deze invloeden (of één bepaalde hengst) vertellen. Stamboekregistratie zoals wij die nu uitvoeren kende men toen zeker niet. Gezond verstand en een beetje kennis van de geschiedenis leveren hypotheses over de achtergronden van dit soort "rassen" op. Modern DNA-onderzoek levert wel indicaties over de genetische subgroep, maar ook geen bewijs van directe verwantschap.

De Neapolitaner in enge zin beperkt zich tot de georganiseerde fokkerij in zuidelijk Italie van een bepaald type paard (we zouden dat nu " barok" noemen), dat later als ras onder de noemer "Neapolitaner" beroemd werd. Deze fokkerij beperkte zich tot de adellijke hoven binnen het koninkrijk Napels-Sicilie (sinds 1415 van het Spaanse huis Aragon, na 1516 tot 1707 Spaans-Habsburgs). Vast en zeker vormde de regionaal aanwezige paarden (die van de "ruime zin") een fokbasis. Maar de invloed van het Iberische en/of Spaanse paard (dus: paarden, afkomstig uit de Spaanse landsfokkerij, danwel paarden afkomstig van de Spaanse hofstoeterijen) is te bewijzen. Er zijn bijvoorbeeld in de Spaanse archieven nog steeds beschrijvingen en lijsten van paarden die vanuit de hofstoeterijen in Cordoba en Aranjuez naar het Napelse hof gingen. Deze kwaliteitsvolle, barokke fokkerij heeft op haar beurt weer de inlandse algemene paardenfokkerij positief beinvloed. En daarmee dus weer de " Neapolitaner" in ruime zin.


De barokke hofpaarden zijn uiteindelijk met de adel verdwenen, mede ook door de verschuiving in de 'mode' binnen de paardenfokkerij in de 19e eeuw. Maar de adellijke Neapolitaner bleef door overlevering en oude beschrijvingen in de literatuur bekend. Deze barokke hofpaardenfokkerij beinvloedde dus de regionale paardenfokkerij in algemene zin. Je zou in ieder geval kunnen stellen dat de huidige Murgese een representant is van die regionale landspaardenfokkerij (de Neapolitaner in ruime zin, met barokke invloeden). Het is verder historisch niet te bewijzen dat (zoals enkele chauvinistische Italianen roepen) de huidige Murgese een directe afstammeling van die barokke adellijke Neapolitaner (in enge zin) is. Gezien het exterieur kun je de Murgese in ieder geval de oude barokke invloeden niet ontzeggen. Mede gezien de historie van de regionale landsfokkerij hoort de Murgese uit Zuid-Italie net zo bij de barokke paardenrassen zoals onze Fries dat doet.

Tekst: Atjan Hop/Baroque Consult
(Oorspronkelijke tekst geschreven t.b.v. Bokt-Wikipedia)